Heet water stroomt via mijn nek langs mijn lichaam. Scherpe bluesklanken snijden door de ruimte. De badkamer ziet wazig van de stoom. Ik draai de kraan nog wat warmer en voel mijn huid branden, tot ik er weer aan ben gewend. Mijn ogen branden ook. Ik staar naar de bleekwitte tegels, verzonken in verse herinneringen aan die ochtend, waarop we een vriend en oud-collega vaarwel hebben moeten zeggen.
Ontroostbare gezichten en gebroken stemmen. Verdriet en liefde gaan hand in hand. Steun wordt gezocht in knuffels na het indrukwekkende eerbetoon. Een oprechte omhelzing waarbij handen in je rug drukken. De greep verslapt, je staart elkaar stilzwijgend aan in de ogen die lijken te zeggen: ‘Het is goed zo.’ Vervolgens pak je elkaar weer innig beet, waardoor je samensmelt tot één en je grenzen vervagen.
Daar, precies dáár. Daar ligt – voor mij – de kracht van de knuffel. Het laten verdwijnen van je muren. Je laat de ander niet alleen fysiek, maar ook emotioneel toe. Een knuffel helpt de pijn te verzachten.
En dat weet ik maar al te goed. Het was de dag dat mijn vader stierf. Vrienden lieten die dag alles varen en begaven zich mijn kant op, om mij te steunen. Het meest intens herinner ik me de bel die ging en dat het beste vriend M. was die aan de andere kant van de deur stond te wachten. Er werd voor mij open gedaan, ik stond nog in de keuken. Vriend M, inmiddels in de woonkamer beland, stond achter mij. Ik voelde zijn ogen in mijn nek branden. Zijn aanwezigheid omhelsde me al. Ik draaide me om, tranen vlogen uit mijn ooghoeken en ik begroef mijn gezicht in zijn linkerschouder. Het liefst zou ik daar op dat moment voor altijd zijn weggezonken in zijn textiel, terwijl hij me vasthield en nooit meer los zou laten.
Zo staat zijn knuffel, en hijzelf als persoon, voorgoed in mijn geheugen gegrift. Net als neefje S. met wie ik een soortgelijke emotionele nacht beleefde, nu ruim een jaar geleden, nadat een avondje Venlo en genoeg alcohol onze grenzen had weggevaagd. Na uren praten over dierbare herinneringen verliet ik mis opa, man zijn hart en een eeuwigdurende knuffel volgde, begeleid door tranen van trots en gemis. Tranen door en voor familie. Tranen om je niet voor te schamen. Maar goed, je hoeft je nooit voor tranen te schamen, vind ik.
Knuffels hoeven echter niet alleen te maken hebben met verdriet, gemis en pijn. Nee, nee. Zeker niet. Wat te denken van liefde? Afgelopen januari besloot ik toe te geven aan mijn reisverslaving en een maand door het ongerepte Chili en Argentinië te reizen, dagelijks genietend van veel zon, goede wijn en rood vlees. Maar het was wel een moeilijke maand, een maand zonder zielgenoot en future baby momma N. Ondanks dagelijks videoverkeer was het gemis toch groot en je kunt je voorstellen hoe intens de knuffel was toen ze me – een verrassing – op Schiphol stond op te wachten. Twee zielen waren weer één, het hart was weer compleet. Verdere details bespaar ik jullie. Iets met liefde.
Liefde is voor mij overigens niet alleen verbonden met een levenspartner, maar ook met vriendschap en familie. Verre vrienden die je na bijna een decennium in Rio de Janeiro op het vliegveld treft? Ik laat ze nooit meer los. Reisvrienden die, nadat hen eerst de toegang is ontzegd tot een vreemd land vanwege hun Soedanese afkomst, twee weken later tóch in datzelfde land voor je neus staan? Puur geluk. Zusjelief A. en J. die je glunderend om de nek vliegen nadat ze te horen kregen dat ze binnenkort opnieuw tante worden? Vereeuwigd.
Ik houd van mijn vrienden en mijn familie. En dat mogen ze weten ook. Elke ontmoeting mag van mij beginnen en eindigen met een omhelzing. Want ik knuffel namelijk maar al te graag een eind weg. Misschien komt het doordat ik tijdens mijn vroege volwassenheid veel tijd heb doorgebracht in het sensuele Zuid-Europa en -Amerika, maar ik ga een boks of nuchter handgeschud het liefste uit de weg en kies voor full body contact. Vrouwen, mannen, honden, katten – niemand ontkomt eraan.
Of misschien komt het omdat het fijn voelt om te knuffelen. Omdat het fijn voelt om verdriet, geluk, liefde, pijn, trots en gemis te delen. Omdat het fijn voelt om er even niet alleen voor te staan.
De badkamer staat inmiddels strak van de waterdampen. Spiegels beslagen, deur onzichtbaar. Ik draai de kraan uit, droog me af en ga op zoek naar een knuffel.
Hai, rös zaach