Elk jaar dat de Venloop nadert, begint het te kriebelen. Zal ik weer meelopen? Zal ik op internet kijken of iemand zijn startbewijs te koop heeft gezet? Of zal ik me maar sportief aansluiten bij de duizenden dolenthousiaste toeschouwers op de Parade, op steenworp afstand van de finish?

Helaas zit zelf meedoen er dit jaar niet in voor mij. Maar als het even kan, probeer ik wel een glimp op te vangen van een langszoefende Ethiopiër of Kenyaan. Wat een prestatie leveren die gasten!

In 2008 deed ik mee voor de halve marathon. Het was een druilerige, troosteloze dag. Maar dat maakte niet uit: maanden had ik er naartoe geleefd; een spatje regen weerhield me niet van mijn doel. Dat doel was helder: ruim 21 kilometer afleggen binnen de maximumtijd van drie uur, en het liefst nog wat sneller.

Met wekelijks twee à drie sessies op de loopband dacht ik er wel klaar voor te zijn. Verder dan 15 kilometer had ik echter nog niet gerend – precies die afstand waarop de gevreesde ‘man met de hamer’ me op de grote dag stond op te wachten. Na een redelijk voortvarende halve halve marathon heb ik de laatste vijf, zes kilometer dan ook maar uitgelopen (met de nadruk op lopen).

Op de Parade op weg naar (toen nog) de finish op de Markt perste ik er met mijn verzuurde kuiten nog een laatste renoffensiefje uit. In de laatste meters werd ik ingehaald door een fanatieke bejaarde, maar dat mocht de pret niet drukken: ik had het gehaald – in een nettotijd van 2 uur en 35 minuten.

Drie jaar later – het weer was toen een heel stuk beter – deed ik mee met de tien kilometer, en ook toen verbrak ik geen wereldrecords. Maar dat maakt ook helemaal niets uit: het credo ‘meedoen is belangrijker dan winnen’ is de gemoedelijke Venloop op het lijf geschreven. Het hardloopevenement heeft naast een prestatief ook een enorm recreatief karakter, waardoor zowel topatleten als renners/liefhebbers zoals ik er elk jaar weer smachtend naartoe kunnen leven.

Venloop a

De Venloop haalt het beste in ons naar boven. Hele stadsdelen veranderen in complete feestdecors, de melancholische Venlose volkskaard krijgt voor even iets extatisch. Wildvreemden worden luidkeels aangemoedigd, het heerlijke ‘wij-gevoel’ borrelt in ieders onderbuik. De fanfare wordt erbij gehaald, en voor één keer in het jaar vind ik de opzwepende hoepsasa-muziek niet eens zo heel erg.

Wat er tijdens de Venloop wordt gevierd is het leven. De beweging; de (symbolische) reis van a naar b. Het bereiken van persoonlijke doelen. Het grote en het kleine, het jij en het ik.

Ik heb de bevrijding niet meegemaakt, maar het zal er 70 jaar geleden ongetwijfeld een klein beetje zo aan toe zijn gegaan.

De Venloop. Het kriebelt – elk jaar weer.

Fotografie © Mikel Buwalda

Dit wil ik delen!

AUTEUR

Sven Poels (1988) studeerde af in de Cultuur- en Wetenschapsstudies aan de Universiteit Maastricht en werkt als freelance journalist en tekstschrijver. Zijn specialisaties zijn cultuur, sport en maatschappelijke thema's.

Reageren