Het begon allemaal drie jaar geleden op een verjaardag waar Paul Breuer (zanger) en Mark Naus (drummer) beiden aanwezig waren. Ze zongen die dag liedjes van Guus Meeuwis in het dialect en vanaf dat moment waren ze verkocht. “Hoe tof is het om dit vaker te doen?”, vroegen de jongens zich lachend af. Al snel werd Lukas Geelen (saxofonist) bij de groep gevraagd en Kwante Hippe was geboren: een pop-dialectband uit Venlo.

Niet lang daarna sloten pianist Niels Winter en trompettist Luuk Stroucken zich aan bij de groep. Kwante Hippe werd niet alleen groter, ook kwamen er echte eigen singles op tafel te liggen. Dat was het moment dat bassist Bram Rutten in beeld kwam. “Ik heb thuis een eigen studio waar de jongens destijds hun eerste twee nummers hebben opgenomen. Ze misten nog een bassist en vroegen of ik niet een klein stukje mee wilde spelen. Daarna ben ik er echt bijgekomen”, vertelt Bram. Gitarist Paul Coppen –die vorig jaar juni kennismaakte met de band– completeerde de huidige line up van de band.

De grote doorbraak van Kwante Hippe kwam tijdens carnaval twee jaar geleden. “We werden gevraagd om op verschillende podia op te treden en zo stonden we ineens op dé drukke zaterdag op de parade, voor een groot publiek.” Toch willen de jongens niet als een carnavalsband gezien worden. “We zijn misschien wel toen doorgebroken, maar we zijn een pop-rockband die toevallig in het dialect zingt. Dat neemt niet weg dat het fijn was dat iedereen ons daar heeft leren kennen, want daarna ging het allemaal heel snel”, legt Bram uit.

Kwante Hippe 1

Hun eerste EP werd gemaakt en ze mochten optreden in de Grenswerk Kerk op het Zomerparkfeest. Daarna volgde de Nach van ’t Limburgse Leed; waar ze ook voor gevraagd werden. De kers op de taart dat jaar was de nominatie voor de Jo Erens-Priès. Een prijs voor aanstormende talenten die het dialect als inspiratie gebruiken.

De jongens beginnen te lachen als dit rijtje achter elkaar genoemd wordt. “Ja, het is allemaal snel gegaan. We hadden nooit verwacht dat we nu hier zouden staan. Het is een uit de hand gelopen hobby”, vertelt Mark. Ze blijven er nuchter onder. “We hebben inderdaad wel veel bereikt in de afgelopen jaren, maar we willen niet dat daardoor iemand arrogant wordt. Zo zijn we gelukkig niet, maar mocht het gebeuren dan zetten we deze persoon weer gewoon met beide voeten op de grond”, lacht Bram.

Er gaat veel tijd in de band zitten, maar de bandleden zetten hun opleiding altijd op de eerste plaats. “We hebben vanaf het begin gezegd dat school voor gaat. En tot nu toe is dat allemaal goed te combineren”, vertelt Bram. “We zien dit niet als ons werk. Dat willen we ook niet. Iedereen heeft een opleiding gedaan in iets waar hij in door wil. Sommigen hebben zelfs al een baan dus we kunnen er niet voor kiezen om alleen voor de muziek te gaan. Maar het is voor nu gewoon supertof dat we dit kunnen doen. We zien vanzelf wel hoe het gaat lopen.”

De bandleden zijn allemaal van jongs af aan bezig met muziek. “Ik heb lessen gehad op de muziekschool, heb in een drumband gespeeld en samen met orkesten opgetreden”, vertelt Mark. “En ook Bram is al een lange tijd bezig. Hij heeft altijd in bandjes gespeeld en privélessen gehad.”

De nummers van Kwante Hippe worden geschreven door Paul Breuer. “Hij schrijft de tekst en verzint daar tegelijkertijd een melodie bij op zijn gitaar. Dit laat hij vervolgens aan ons horen en als we het goed vinden, werken we het samen uit. Natuurlijk gaat dit bijschaven soms gepaard met een discussie, maar we komen er altijd uit. De lol staat bij ons voorop. We maken de muziek in eerste instantie voor onszelf en het is leuk als anderen het ook leuk vinden”, legt Bram uit.

Video: Kwante Hippe – Druim

De vergelijking met de dialectband Neet oét Lottum is er een die de jongens vaker voorbij horen komen. “We zien dit wel als een compliment en het is ook niet raar dat mensen deze vergelijking maken, want voor Paul Breuer is Neet oét Lottum echt een voorbeeld”, zegt Bram.

Maar de band wil zich onderscheiden met een eigen sound. Mark: “Er zijn tegenwoordig veel dialectbandjes, maar we willen ons vooral bezig houden met onze eigen muziek. We lopen ook niet in elkaars straatje qua stijl. Sommige bands richten zich bijvoorbeeld echt op carnavalsmuziek en weer anderen spelen veel covers. Tegelijkertijd is het niet raar dat we met bands als Linke Mik en Van Gelder in één zin genoemd worden, omdat we samen een project hebben gedaan waarmee we op het hoofdpodium van het Zomerparkfeest stonden.”

De jongens vervullen allemaal verschillende rollen binnen Kwante Hippe: “Niels filmt alles, maakt foto’s en zorgt voor onze clips. Paul Coppen heeft onze website helemaal gemaakt en houdt onze sociale media kanalen bij. Ik ben de contactpersoon en regel alle optredens. Zo is het gegroeid en is iedereen wel ergens verantwoordelijk voor. We houden alles in eigen beheer”, legt Bram uit.

Daarnaast doen de jongens ook veel leuke dingen samen. Ze repeteren niet alleen iedere vrijdagavond bij Paul Breuer in de kelder, ze gaan er ook geregeld samen op uit. Zo zijn ze een keer met de hele band naar België vertrokken om daar muziek te maken. “We zaten in de middle of nowhere nieuwe liedjes te maken. Volgens mij staan er nu drie van de nummers die we dat weekend hebben gemaakt op het nieuwe album”, vertelt Mark. “En dit jaar gaan we weer samen weg, maar nu om even tot rust te komen en alle druk van het afgelopen jaar achter ons te laten”, glimlacht Bram.

Kwante Hippe 2

Het hield namelijk niet op bij de nominatie voor de Jo Erens-Priès in 2014. De single D’n Prins werd de hoogste binnenkomer in de L1mbo top 100, ze staan voor het tweede jaar achter elkaar op het Zomerparkfeest en wonnen –na een tweede nominatie– de Jo Erens-Priès in 2015. Het enige wat nog mist is een debuutalbum. Iets waar ze de afgelopen tijd hard aan gewerkt hebben. Vrijdag 1 juli 2016 is de albumpresentatie van Wat as alles lök? Mark: “Op het album staan niet alleen nummers die je van ons gewend bent, maar ook nummers die we normaal niet zouden maken. Van ballads tot uptempo en van disco tot pop. Alles komt voorbij.”

Dit alles geeft de jongens een enorme kick. “We krijgen zoveel energie en voelen de drive om door te gaan. Het geeft een boost als andere mensen het leuk vinden wat je doet. We zeiden in het begin tegen elkaar; wat als we op de parade staan tijdens carnaval? Niet veel later stonden we daar. Daarna zeiden we; hoe tof zou het zijn om op het Zomerparkfeest te spelen? En ook daar hebben we mogen optreden. Met de gedachte ‘Wat as alles lök?’ in het achterhoofd hopen de jongens hun droom te verwezenlijken en heel Limburg te veroveren. Misschien wel meer dan dat. “Het is Rowwen Hèze toch ook gelukt?”, lachen de jongens.

Fotografie © Mikel Buwalda

Dit wil ik delen!

AUTEUR

Ceciel Hirdes (1993) is journalist. Ze studeerde af aan de Hogeschool Journalistiek in Tilburg, waar ze in haar studententijd ook woonde. Nu is ze terug in Venlo en schrijft het liefst over haar geboortestad en zijn inwoners. Daarnaast werkt ze in de Venlose horeca.

Reageren