Jaren geleden was het een plek die je na zonsondergang maar beter kon mijden. Drugsverslaafden, criminelen en ander gespuis liepen er veelvuldig rond, geheel in lijn met het grillige imago waar met name de binnenstad van Venlo maar niet vanaf leek te komen. Maar tijden veranderen. De voorheen zo gevreesde en claustrofobische doorgang is anno nu verworden tot een van de toeristische trekpleisters van de stad, het paradepaardje naast de Parade.
We hebben het natuurlijk over de Keizerstraat, in de volksmond ook wel ‘Floddergats’ genoemd. Behalve de florerende horeca heeft ook kunstenaar Ger Janssen (65) zijn steentje bijgedragen aan de wedergeboorte van het historische straatje. De geboren en getogen Venlonaar is al sinds 1999 bezig met de versiering van het stuk hekwerk naast de middeleeuwse Dominicanenkapel.
Dat doet hij op unieke, humoristische wijze, met als belangrijk doel het behoud van de Venlose taal. Op de spijlen van de ijzeren omheining plaatste hij door de jaren heen ruim zeventig semi-karikaturale bronzen kopjes van typisch Venlose persoonlijkheden. Alle gebaseerd op willekeurige, maar echte (bekende en minder bekende) personen en voorzien van bijpassende persoonstypering in het plaatselijk dialect.
Zo staan de vader van een bekende Venlose banketbakker (Maelige), oud-PSV’er Mateja Kežman (Piezewiet), Napoleon Bonaparte (Kieskedie) – die volgens overlevering in 1804 in de later naar hem vernoemde Keizerstraat op de vlucht sloeg – en een vriend van een lokale Franse oud-restauranthouder (Fransoos) op het hekwerk. Het geeft het kunstwerk een extra dimensie die met het blote oog niet direct zichtbaar is.
De halfkarikatuurtjes worden voor de vorm afgewisseld met carnavalsspitsjes en januskopjes. Ze typeren de regionale identiteit met een universeel bewustzijn. Janssen: “De januskopjes verbeelden het goede en het slechte. En de spitsjes mogen echt niet ontbreken in het steegje waar van oudsher vanalles gebeurt tijdens de Carnaval.’’
Tussen de segmenten staan mens-dier figuurtjes en de uitbeelding van verschillende traditionele kinderspelen. En, last but not least, bevinden zich op ooghoogte her en der draaiornamenten en reliëfs met daarop typisch Venlose versjes, liedjes en gezegden. De een ontroert en stemt tot nadenken, de ander laat glimlachen: het is net zo verscheiden en verrassend als het werk zelf. Of, zoals de maker het verwoordt: “Het is tastbaar geworden emotie.’’
Janssen heeft zijn hele ziel en zaligheid in het project gelegd. Het idee ontstond lang geleden, toen hij als jongeman nog op de Kunstacademie zat, en is inmiddels uitgegroeid tot iets wat veel wegheeft van een levenswerk. Zo’n vijftien jaar na zijn eerste kopje, is er nog plek voor slechts een aantal. En hoewel de voortgang door het wegvallen van de werkgroep de laatste jaren nog wat te wensen overlaat, is Janssen er heilig van overtuigd dat hij in de komende jaren geheel op eigen kracht het puntje op de -in dit geval letterlijke- i kan gaan zetten: “Ik krijg het klaar; nog vóórdat ik de kist in ga.”
‘Wis geej det neet
weej laeve toch maar eine kier…
Wis geej det neet, waat einmaol waas
det kump noeëts mier’
Frans Boermans (1917-1999);
Versje op een van de draaiornamenten.
Fotografie © Mikel Buwalda
1 reactie
Proficiat met een mooi begin van hopelijk meer. Helder en duidelijk. Prachtige foto’s. Een verrijking voor diegenen, die van Venlo houden. Alle inspanning waard!!